In dit artikel staat een korte literatuurstudie over onderzoek op het gebied van prostitutie, opgesteld door het Wetenschappelijk Bureau Piratenpartij Utrecht. Eerder publiceerden we al een opiniestuk over dit onderwerp.
Wat erg opvalt is dat veel onderzoek dat circuleert niet bruikbaar is – er is sprake van te kleine en niet representatieve doelgroepen en vooringenomen stellingen waar geen wetenschappelijke proef op gedaan is. Dit is een schadelijk fenomeen, zoals ook uit de conclusie blijkt:
Het belangrijkst punt om uit dit literatuuronderzoek mee te nemen is dat er een duidelijk onderscheid gemaakt moet worden tussen mensenhandel en legale prostitutie. Politici mogen deze twee niet meer door elkaar halen, gezien de gevolgen die dit heeft. Prostitutie is een beroep, laten we het zo ook behandelen.
Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van de evaluatie van CCV en de onderzoeken van Siegel, Vanwesenbeeck en Verhoeven.
Literatuuronderzoek: Legale prostitutie is geen mensenhandel
Het algehele beeld wat over de seksindustrie bestaat is dat het een plek is vol met onvrijwillige seks (Verhoeven, 2016, p. 370). Dit zien we terug in een toespraak van de burgemeester Van Der Laan van Amsterdam in 2013, waarin hij beschreef dat er in de rosse buurt elke avond 400 vrouwen worden verkracht (Hermanides, 2013). Ine Vanwesenbeek gaf deze criminalisatie als volgt aan in haar vergelijkend onderzoek in meerdere landen: “Around the world, criminalization is the dominant state policy vis-a`-vis commercial sex” (2017, p. 1631). Zij stelt dat dit voortkomt uit een sterke afwijzing van seks voor betaling in het algemeen, en dat de makkelijkste manier om hiervan af te komen is het te bestempelen als illegaal (ibid.). Vanwesenbeek schrijft in haar werk dat het criminaliserende karakter van de legale seksindustrie een negatief effect heeft op de werkelijkheid (2017, p. 1632). Dit creëert namelijk een bepaald stigma die er voor zorgt dat er een grotere kans is op onderwaardering, discriminatie en sociale uitsluiting (ibid.).
Dit beeld over prostitutie komt goed naar voren wanneer we kijken naar hoe de gemeente Utrecht onderzoek laat doen naar het prostitutiebeleid. In verschillende onderzoeken moest er gekeken worden naar vijf thema’s:
1. Beperken van de overlast
2. Gezondheid, welzijn en veiligheid van prostituees
3. Tegengaan van mensenhandel, niet- vergunde en gedwongen prostitutie
4. Preventie
5. Ondersteuning aan uitstappers.
Dit laat goed zien hoe de gemeente aankijkt tegen prostitutie. Slechts 1 van de vijf thema’s is gericht op het welzijn van de prostituees. De overige vijf thema’s gaan ervan uit dat we de prostituees moeten redden (CCV, 2009).
Een voorbeeld van dit criminaliserende beleid is het verplichte intake-gesprek voor mensen die in de seksindustrie willen gaan werken (Verhoeven, 2016, p. 370.). Dit is een beleid dat vooral gericht is op het stoppen van mensenhandel (ibid.).
De overheid beperkt of sluit de plekken waar prostitutie toegestaan was (Verhoeven, 2016, p. 372). Uit het literatuuronderzoek van Verhoeven blijkt echter dat de meeste wetenschappers concluderen dat dit beleid averechts werkt (ibid.).De reden hiervoor is dat de maatregelen de keuzes van de vrouwen beperken in plaats van uitbreiden (ibid.).
In een onderzoek van de Universiteit Utrecht kijken ze naar de geschiedenis van het prostitutiebeleid. Zo concluderen zij dat er twee fenomenen ontstaan als gevolg van het verbod op raamprostitutie: fysieke verplaatsing en verborgen prostitutie (Siegel, 2015).
Concluderend
Volgens Vanwesenbeek is de eerste stap naar een oplossing tegen mensenhandel de decriminalisatie van legale prostitutie (2017, p. 1638). Ze zegt echter ook dat er nog veel meer moet gebeuren nadat dit probleem is opgelost (ibid.). “One thing is sure though: increased policing and repression of commercial sex practices are not going to help any sex worker or victim of trafficking and will only make things worse” (Vanwesenbeek, 2017, p. 1638).
Het onderzoek van de Universiteit van Utrecht trekt aan het einde de volgende conclusie: “Honderden sekswerkers, die niets met de mensenhandel problematiek te maken hebben gehad, zijn slachtoffers geworden van ondoordachte en overhaaste beleidsbeslissingen van de gemeente Utrecht om het Zandpad te sluiten” (Siegel, 2017).
Het belangrijkst punt om uit dit literatuuronderzoek mee te nemen is dat er een duidelijk onderscheid gemaakt moet worden tussen mensenhandel en legale prostitutie. Politici mogen deze twee niet meer door elkaar halen, gezien de gevolgen die dit heeft. Prostitutie is een beroep, laten we het zo ook behandelen.
Bronnen:
CCV. (2009). Evaluatie Utrechts Prostitutiebeleid. Geraadpleegd op 1 december 2017, van https://hetccv.nl/onderwerpen/prostitutiebeleid/documenten/evaluatie-utrechts-prostitutiebeleid/.
Hermanides, E. (2013). ‘Zeker 400 mensen per nacht verkracht in Amsterdam’. Geraadpleegd op 21 november 2017, van https://www.parool.nl/parool/nl/7/MISDAAD/article/detail/3544051/2013/11/13/Zeker-400-mensen-per-nacht-verkracht-in-Amsterdam.dhtml.
Siegel, D. (2015). Closing brothels is closing eyes. Geraadpleegd op 10 december 2017, van http://www.ciroc.nl/uploads/ciroc/2015_ciroc_pdf/Zandpad%20presentatie%203%20juni%202015%20Final.pdf.
Vanwesenbeeck, I. (2017). Sex work criminalization is barking up the wrong tree. Archives of Sexual Behavior : The Official Publication of the International Academy of Sex Research,46(6), 1631-1640
Verhoeven, M. (2017). Sex work realities versus government policies: Meanings of anti-trafficking initiatives for sex workers in The Netherlands. Sexuality Research and Social Policy, 14(4), 370-379