De rellen in kanaleneiland waren groot nieuws, tenminste voor zeker een paar uur. Daarna gingen we weer door naar de volgende krantenkop en werd Kanaleneiland weer vergeten. Maar de problemen die de wijk kent hebben een meer structureel karakter en verdienen meer aandacht. Iets dat we in Utrecht, maar eigenlijk ook in alle andere steden zien, is gentrificatie. Een moeilijk woord voor een simpel fenomeen: het verdrijven van de lagere sociaal-economische klasse om plaats te maken voor mensen met een dikkere portemonnee.
Waarom halen we dat erbij? Wat heeft woningbouw met rellen te maken? Meer dan je denkt helaas. Alle goede bedoelingen daargelaten lukt het Utrecht niet om te zorgen voor voldoende betaalbare woningen. Bouwprojecten genoeg, maar dan jubelt men over de hoeveelheid “betaalbare woningen” die een maandhuur hebben van “slechts” een kleine duizend euro. Sociale woningen worden vooral aan de buitenkant gebouwd, en voor gezinnen met één kostwinnaar zijn ook die in vergelijking met de woningen waar deze mensen uit moeten niet zomaar betaalbaar.
Dan ga je naar Overvecht, of Kanaleneiland. Waar nog meer dan genoeg gammele portiekflats zijn waar gezinnen van 5 of 6 personen samen slaapkamers kunnen delen. Door de hoge concentratie van mensen met een lagere sociaal-economische achtergrond, gemengd met een lagere kwaliteit aan voorzieningen, slechter onderwijs en meer zwarte scholen (zie ook https://utrecht.piratenpartij.nl/etnische-segregatie-basisonderwijs/) zitten veel mensen vast in een sociaal-economische valkuil.
Stel je nu het volgende voor. Je bent een jaar of 12, de wereld begint groter te worden en de hormonen bruisen je oren uit. Je zoekt erkenning, je zoekt jezelf, en je wilt gezien en gehoord worden. Helaas groei je op in Kanaleneiland. In de slaapkamer die je met twee broers deelt heb je geen privacy, en je vrienden ontmoeten gaat ook niet bij hun thuis. Dan maar de straat op. Daar kom je vooral mensen tegen die al langer in deze valkuil zitten. Gedesillusioneerd, gewend dat mensen op ze neerkijken, geen toekomstperspectief en een heel sterk “Wij tegen Zij” gevoel. Degenen die je ontmoet hebben het al opgegeven, het heeft toch geen zin. Dat zal je boos maken, net zoals al die andere mensen die boos zijn. Die niet gehoord worden, die niet gezien worden.
De rellen komen niet uit de lucht vallen. In 2007 schrokken we in Utrecht van de rellen in Ondiep, waar al jaren een gevecht bezig is tegen de gentrificatie. Die rellen hadden een directe oorzaak (https://www.rtvutrecht.nl/nieuws/1582963/dood-rinie-mulder-en-ondieprellen-10-jaar-geleden.html) maar ook daar was die oorzaak een vonk die het kruitvat deed ontsteken. Boosheid, wij tegen zij.
Rellen in Den Haag, rellen in Utrecht. Het zal daar niet bij blijven. Als we niet wakker worden, niet voor een andere, minder winstgedreven, woningbouwaanpak gaan, en niet gaan luisteren en zien, krijgen we steeds meer boze mensen. Geloof je het niet? Rij dan eens in Kanaleneiland of Overvecht voorbij de opgevrolijkte façades van de flats langs de doorgaande wegen en ga de wijk in. Loop eens echt de straten in, en vraag je af hoe het kan dat er mensen in gebouwen wonen waar alle brievenbussen half vergaan zijn en de portieken vol afval liggen. Zoek eens een zwarte school op en kijk eens hoeveel dealers er voor de deur handelen. Stel je eens voor dat je daar woont en durf dan eens te zeggen dat je niet boos zou zijn.
Wij dromen over een wereld vol vertrouwen, maar zolang we de boosheid niet willen zien of horen zal dat vertrouwen een droom blijven. Daar moeten we aan gaan werken, en dat begint bij de bron. Niet bij het gevolg.
Hein Boele zegt
Sociaal economische factoren spelen een rol, maar in Oost-Groningen, waar jongeren veel minder perspectief hebben, relt niemand. Door het culturele aspect buiten beschouwing te laten wordt je analyse weliswaar politiek correct, maar niet relevant. De onderklasse die relt in Keiland en de Schilderswijk is niet sociaal-economisch gedefinieerd, maar cultureel. Het belangrijkste verschil met Oost Groningen, Zuid Limburg of andere sociaaleconomisch achtergestelde gebieden is de aanwezigheid van een giftige cocktail van cultureel-religieus geïnspireerde superioriteitsgevoelens ten opzichte van de westerse samenleving waar men middenin staat en zich tegelijkertijd buitenplaatst, straatcultuur waarin criminelen rolmodellen worden, en ouders, leraren en buurtwerkers die het zicht verliezen op wat zich afspeelt onder de jongeren. Dat negeren is extreem rechts in de kaart spelen.
Maarten van der Pol zegt
Bedankt voor je reactie! Voor de volledigheid: bij de rellen in Kanaleneiland was er niet alleen jeugd uit Kanaleneiland, maar ook uit andere wijken van Utrecht. Oost-Groningen kent ongetwijfeld een ander beeld, maar dit fenomeen doet zich volgens mij voornamelijk voor in grote steden. En ook Groningen stad kan dan aan de beurt komen.